Vanaf 2015 is het door uw Raad vastgestelde uitgangspunt om de taken sociaal domein budgetneutraal uit te voeren. De resultaten op de pijlers Wmo, Jeugd en participatie worden aan het eind van het jaar toegevoegd danwel onttrokken aan de reserve Sociaal domein. In de onderstaande tabel zijn de beschikbare middelen en de verwachte uitgaven van het sociaal domein voor de jaren 2026-2029 weergegeven. In deze paragraaf zijn de voorgestelde mutaties nieuw beleid uit deze begroting verwerkt.
Beschikbare middelen en verwachte uitgaven Sociaal domein | ||||
|---|---|---|---|---|
Bedragen in € | - = voordeel | |||
2026 | 2027 | 2028 | 2029 | |
Beschikbare middelen | 47.071.000 | 46.361.000 | 44.404.000 | 44.479.000 |
Verwachte uitgaven | 48.053.000 | 47.047.000 | 46.815.000 | 46.557.000 |
Saldo excl taakstelling | 982.000 | 686.000 | 2.411.000 | 2.078.000 |
Te realiseren besparing sociaal domein | -1.250.000 | -1.750.000 | -1.750.000 | -1.750.000 |
Saldo incl te realiseren taakstelling | -268.000 | -1.064.000 | 661.000 | 328.000 |
De beschikbare middelen zijn bepaald op basis van de budgetten 2025 inclusief indexatie, de rijksmutaties van de meicirculaire 2025 en het voorgestelde nieuw beleid 2026. In totaal zijn de beschikbare middelen € 47,07 miljoen in 2026 aflopend naar € 44,48 miljoen in 2029.
De verwachte uitgaven zijn bepaald op basis van de werkelijke kosten van de afgelopen jaren en ontwikkelingen die er zijn per pijler. De verwachte uitgaven zijn € 48,05 miljoen in 2026 aflopend naar € 46,56 miljoen in 2029.
Per saldo is er een tekort van € 0,98 miljoen in 2026, € 0,69 miljoen in 2027, € 2,41 miljoen in 2028 en € 2,08 miljoen in 2029. Hier staat de te realiseren besparingstaakstelling die is ingeboekt vanaf de begroting 2025 tegenover van € 1,25 miljoen in 2026 oplopend tot structureel € 1,75 miljoen vanaf 2027. Indien deze volledig wordt behaald is er een voordeel van € 0,27 miljoen in 2026, een voordeel van € 1,06 miljoen in 2027, een nadeel van € 0,66 miljoen in 2028 en een nadeel van € 0,33 miljoen in 2029.
De resultaten zijn mede het gevolg van:
- De stabilisering van de stijging van de jeugdkosten
- De beweging die in het domein sociaal in gang is gezet om meer ondersteuning preventief in te zetten
- Besluitvorming van het rijk om in 2026 en 2027 middelen beschikbaar te stellen voor jeugd. Daarentegen is vanaf 2028 de besparingsopgave hervormingsagenda jeugd nog verder opgehoogd. In 2027 brengt de commissie van Ark een tweede zwaarwegend advies uit over de jeugdzorg, dat zich richt op een realistisch financieel kader vanaf 2028.
In het vervolg van deze paragraaf zijn de resultaten van de wmo, jeugd en participatie verder toegelicht en is de stand van de reserve sociaal domein weergegeven.